Vandaag verschijnt 'Pijn Uit Een Goed Jaar' van Joost van Gijzen. In dit boek, in feite twee bundels ineen, is de taal van de liefde zowel Nederlands als Engels. Prima los van elkaar te drinken, ontstaat er na vergisting van beide helften een prettige wisselwerking in het hoofd. De gedichten vertellen zowel in het Nederlands als het Engels eenzelfde verhaal. Iets met een vrouw. Iets met pijn. Maar uit een goed jaar. Een heel goed jaar.
‘Een beetje donker, licht spottend, relativerend van toon, loopt een liefde voor onze ogen af, laten we ons opnieuw wat wijsmaken, botsen we op elkaar terwijl we de weg zoeken en zijn we allemaal dezelfde sukkels die in het zwarte gat vallen tot alles zich oplost tot slechts één ding. De dichter bewijst ons een dienst.’
Zo introduceerde Meander Joost van Gijzen op haar website. Het wordt al snel minder cryptisch als we de dichter in zijn eigen woorden lezen: ‘Schrijvers kunnen er niet zonder:/redenen, structuur, een opbouw/lijken te vergeten dat een vrouw/niet begint als een gedicht.’ Dus bouwt hij strofes voor het wonder van liefde op het eerste gezicht. Waarna elke dag op hetzelfde gezicht. Tot op het laatste gezicht.